|
| |
|
Cremeren / Begraven
Het
is niet de bedoeling dat de mens in angst leeft. Het gaat erom of de
mens de bereidheid heeft geestelijk te ontwaken. Crematie blijft te
allen tijde een keuze van uzelf, en die keuze van uzelf zal te allen
tijde ook gerespecteerd worden, omdat het niet meer is dan een groei
van uw eigen zieleleven en een groei van uw eigen evolutieproces.
|
De
onderstaande boodschap van meester Alcar waarschuwt ons op
ernstige wijze voor de crematie. Uit zijn woorden blijkt
duidelijk dat de mens op aarde niet weet wat hij veroorzaakt
en wat hij zichzelf aandoet indien hij besluit zichzelf te
laten cremeren. Wat heeft de mens ertoe bewogen om meer en
meer van begraven af te zien en op zoek te gaan naar een
andere vorm van lijkbezorging. Waarom valt er een steeds
groeiende voorkeur voor crematie te constateren? Is dit een
bewuste keuze geweest, met duidelijke kennis van zaken? Of
handelt de mens vanuit onbewuste impulsen, verblindt door
bijvoorbeeld de ogenschijnlijke hygiëne en doeltreffendheid
van de hedendaagse technische mogelijkheden?
Of is het uiteindelijk, zoals meester Alcar in het
onderstaande citaat schetst, onwetendheid en worden er wegen
gebouwd die slechts stoffelijk en donker zijn, omdat zij
door het duister gaan?
|
Als
door de wind gedragen, zweefden zij het crematorium tegemoet. "Kijk
André, dat mooie gebouw daar op die heuvel is de pijnbank voor de
geest. Voor hen die zich op aarde misdragen hebben, neemt het leven
na de dood daar een gruwelijke aanvang. Het heet een huis des vredes
te zijn, maar in werkelijkheid is het het huis der smarten. O
mens, begrijp in uw onwetendheid dat gij uzelf en anderen op die
pijnbank legt en dat gij degenen die van u heengaan daardoor niet
alleen niet eert, maar dat gij hen martelt op de vreselijkste wijze
die er bestaat. Geloof in ons en neem deze waarschuwing ter harte,
want gij spot in uw onwetendheid met Gods wetten. Wij die in het
land aan de overzijde van het graf leven, wij willen u de goede weg
wijzen, welke naar de waarheid leidt. Wij hebben geen egoïstische
verlangens; wij verlangen slechts u te helpen. Wij willen u de
waarheid brengen, omdat wij weten hoe ontzettend hier geleden wordt,
hier, in dit huis der smarten. Wij roepen u nogmaals toe: Blijf op
Gods wegen. Ga zelf geen wegen bouwen welke slechts stoffelijk zijn
en donker, omdat zij door de duisternis gaan en de bouwers blind
waren en het geestelijke licht dus niet konden zien. Wij roepen u
toe: Maak een eind aan deze vreselijke toestanden en keer terug tot
de natuur, die gij reeds zo lang verlaten hebt. Open uw ogen en zie
hoe wij u willen steunen. Zie hoe uw vrienden bij u staan, uw
zusters en broeders die vóór u heengingen. Wij willen u helpen en
wij willen hen helpen die op deze wijze gefolterd worden. Wij zijn
om u heen, maar uw stoffelijke ogen zien ons niet omdat gij u
afgesloten hebt en de waarheid niet wilt zien. Open uw ogen en uw
oren en ge zult ons niet alleen zien maar ook horen spreken.
Voorwaar, wij kunnen dat omdat wij de kracht daartoe van God
ontvangen hebben. Wij zijn naast u om u te beschermen wanneer ge
bescherming behoeft. O, zoek niet verkeerd, zoek op duistere dagen
niet naar zonnelicht dat er niet is, maar wacht totdat het weer
licht wordt. Dan zult ge ons zien, want wij zijn dat zonnelicht".
|
In
de boeken "Een blik in het hiernamaals" en "Vraag en
antwoord deel 1" van Jozef Rulof wordt publiekelijk een
ernstige en grote waarschuwing gegeven voor de crematie.
Niet eerder in de ons bekende geschiedenis wordt op een zo
indringende wijze een verhelderend beeld gegeven van de
verregaande gevolgen voor de mens indien hij zich laat
cremeren. Deze standpuntbepaling is des te opmerkelijker
omdat men tegenwoordig steeds meer stemmen hoort, die zeggen
dat crematie voor de bewuste mens, dat wil zeggen dat de
mens het goede en God in zijn leven heeft gezocht, niet
zoveel kwaad kan. Wat deze mensen dan precies bedoelen met
"niet zoveel" is voor niemand duidelijk en voor henzelf
waarschijnlijk ook niet. Om dit "niet zoveel kwaad" goed te
kunnen inschatten is kennis nodig, heel veel kennis. Meester Alcar bezat deze kennis en in
"Een blik in het hiernamaals"
zegt hij hierover het volgende:
|
"Maar niet alleen voor ongelukkige
geesten is crematie af te keuren, ook de gelukkigen hebben
er nog enigszins onder te lijden. Dit hangt geheel af van de
mate van hun innerlijke kracht; maar zelfs wanneer zij in de
eerste of de tweede sfeer thuishoren, dan nog is crematie
voor hen af te raden. Alles komt dus hierop neer hoe zij
innerlijk zijn en op het geestelijke zijn afgestemd. Zoals
dus hun licht is dat zij bezitten, zo zal hun geluk en
kracht zijn. Zo ook hun leed en smart, zo hun lijden. Een
geest, die van de aarde onmiddellijk naar de derde of de
vierde sfeer gaat, zal zo goed als niets van de crematie
voelen, maar hoewel deze geesten niet meer aan hun lichaam
vastzitten, zullen zij bij aankomst in hun sfeer toch voelen
dat zij iets missen en daarvan last ondervinden. Door de
ontzettende hitte van de verbrandingsoven wordt het
stoffelijk lichaam verteerd met een geweld, dat tegen de
natuurwetten indruist en volkomen tegen Gods bedoeling is.
Moge deze gewelddaad dus eerlang tot heil der mensheid
geheel hebben afgedaan en voor de gewone teraardebestelling
plaatsmaken".
|
Om
te weten te komen wat er op het moment van de crematie
feitelijk met het fysieke lichaam en de astrale
persoonlijkheid gebeurt, geeft Jozef Rulof in het boek
"Vraag en antwoord deel 1" eenduidig antwoord:
|
"Omdat bij crematie de natuur het
evolutieproces ontnomen wordt, staat de mens voor eigen
geschapen wetten en die slaan hem, folteren hem, mismaken
hem zo, dat hem horen en zien vergaat en hij zijn natuurlijk
leven verliest! De mens heeft zoveel uitgevonden op aarde,
dat niet Goddelijk meer is, waarvan hij denkt: "Zo is het
beter." Maar laat hij afblijven van "ziel en geest", want
zij hebben andere wetten te beleven en die zijn nog altijd
Goddelijk!
Wat vernietigt u nu eigenlijk door crematie? Welke
levenssappen ontneemt u de geest? Of denkt u, wanneer ge de
grond ingaat -hier dus zijd gestorven- dat de geest niets
meer met het organisme heeft te maken? Luister, dan zal ik u
deze wetten verklaren en kunt ge ze aanvaarden. Het is de
Goddelijke waarheid, ik heb die mensen gezien en de wetten
mogen beleven. Wij, als mensen nemen de grofstoffelijke
levensaura van het organisme in ons op en dat is de stof,
die aan gene zijde dient om ons grond onder de voeten te
geven, anders zouden wij wegzinken en hadden wij geen
bestaan meer. Die stof krijgen wij pas volkomen -een aura
is het dus- wanneer het organisme in de zevende graad van
verrotting is gekomen, dan zuigen wij die aura in ons op en
dit begint reeds, wanneer wij het organisme hebben verlaten.
Kunt u dat nog, als u bent gecremeerd. Neen, door
één wet,
verbranding nu, ontneemt de mens zich, vernietigt de mens,
zijn verdergaan, de bron van leven en bestaan, hij
vernietigt geestelijke fundamenten, die hij nu mist en
daardoor als een zeepbel ronddwarrelt, geen grond bezit
onder zijn voeten. En dit geschiedt door de crematie!"
|
Naast alle hinderlijke last en in het ergste geval
onvoorstelbare verschrikkingen die de astrale
persoonlijkheid bij de crematie dient te ondergaan, indien
hij geen afstemming heeft op de hogere lichtsferen, krijgt
hij dus onmiddellijk te maken met een fundamentele
natuurwet. Deze wet werkt buitengewoon vernuftig en
harmonisch voor hem als hij zich laat begraven. De
natuurlijke rust en de tijdsduur die de astrale
persoonlijkheid ten volle krijgt bij een begrafenis, geeft
hem alle gelegenheid om de levensaura van het stoffelijk
lichaam op te nemen, zonder daarbij te worden gestoord en
deze te gebruiken om in zijn nieuwe wereld goed te kunnen
gaan functioneren. Bij een crematie werkt diezelfde wet
echter kompleet averechts voor hem en zelfs desastreus, want
er is geen sprake van een natuurlijke rust en de tijdsduur
is teruggebracht tot anderhalf uur in plaats van jaren zoals
bij een begrafenis. In het boek: "Een blik in het
hiernamaals" laat meester Alcar Jozef Rulof (André‚ genoemd)
een crematie van nabij meemaken. Zij bevinden zich in de
astrale wereld en kunnen alles wat in de stoffelijke aardse,
wereld plaatsvindt gadeslaan:
|
"André‚ keek en kon met zijn geestelijke
ogen duidelijk het lichaam in de verbrandingsoven waarnemen.
De hitte welke er heerste, was geen belemmering voor hen,
daar het stoffelijke hitte was. Nog steeds werd het orgel
bespeeld, maar de mensen die de overledene de laatste eer
bewezen hadden, waren heengegaan. André‚ zag nu dat het
lichaam ineenkromp, zich heen en weer wentelde en zich
kronkelde als een levend mens, terwijl hij daarbij een
schreeuwen, brullen en huilen hoorde, dat hem van ontzetting
deed beven. Het was niet om aan te zien en aan te horen. Hoe
afgrijselijk werd hier geleden! Daar voor hem bevonden zich
twee lichamen, het stoffelijke en het geesteslichaam. Het
ene ogenblik stonden ze, dan vielen ze en kronkelden dan
weer om elkaar heen. "O Alcar, ik kan niet meer; laat ons
hier weggaan."
|
In
dit verband rijst misschien de vraag hoe het dan precies zit
met de gevolgen voor de mens als hij zelfmoord pleegt en
door wilsbeschikking gecremeerd wordt. Zal hij dan het
verrottingsproces van zijn fysieke lichaam moeten meemaken,
terwijl het omhulsel reeds tot as is verbrand? (Het is
namelijk zo, dat iemand die zelfmoord pleegt, zich niet van
zijn fysieke lichaam kan losmaken. Hij blijft aan zijn
fysieke lichaam vastzitten voor een tijdsduur die hem op
aarde was gegeven totdat hij op een natuurlijke wijze zou
zijn gestorven. De zelfmoordenaar als astrale
persoonlijkheid, beleeft dus het verrottingsproces van zijn
fysieke lichaam op buitengewone intense manier mee). Jozef
Rulof geeft hierop antwoord in het boek "Vraag en antwoord
deel 1":
|
"Neen, als u gecremeerd wordt, is er
van rottingsproces geen sprake meer. U denkt nu wellicht,
dan is crematie beter, je bent dan spoedig van al die
narigheid af, maar, wat gaat er dan gebeuren? Indien een
zelfmoordenaar wordt gecremeerd, wat door "wilsbeschikking"
kan gebeuren, nietwaar, wordt het organisme verbrand, maar
de geest zit thans aan zijn brand vast. Mocht u dit niet
begrijpen, dan is dit te verklaren, wanneer u bijvoorbeeld
een moordenaar volgt, die door zijn "wroeging" lijdt, zo
vreselijk, dat zijn geest die smarten niet kan verwerken en
toch tot het leven blijft behoren. Die man loopt met zijn
ellende rond, hij kan zich er niet van bevrijden, die mens
beleeft dit. Wij blijven "achter de kist" zoals wij hier
zijn, met andere woorden, aan ons innerlijk is niets
veranderd. De brand nu door crematie tot stand gekomen, is
verschrikkelijk. Je bent geestelijk verbrand en dat is niet
te genezen, dat moet de mens zelf genezen, doordat hij aan
een beter leven begint en vanzelfsprekend al zijn fouten
goedmaakt. Langzaamaan verdwijnen de littekens door de
crematie ontvangen, doch voordat hij ervan is bevrijd, zijn
er wel een vijfhonderd jaar voorbij gegaan en langer duurt
het, voordat de mens weer terug is tot de harmonische wetten
van God".
|
Wat
betreft de gevolgen voor kinderen als zij gecremeerd worden
zegt Jozef Rulof , ook in "Vraag en antwoord deel 1":
|
"Luister goed, in de eerste plaats dit: er
worden weinig kinderen gecremeerd en dat is maar goed ook! Neen, het
kind lijdt niet door de crematie. Hoe meer bewustzijn wij bezitten
voor foutieve gedachten en liefdeloosheid, des te meer heeft dit
betekenis voor de crematie. Hoe meer wij dus de duisternis
vertegenwoordigen, des te meer kan de crematie ons slaan en lopen
wij met die wet rond; Het kind bezit dus niet het bewustzijn van de
volwassen mens met al zijn kwaad. Hierdoor, dit moet u toch
duidelijk zijn, heeft de crematie geen vat op dat leven, omdat het
gevoelsleven zich zelf voor al die ellende heeft uitgeschakeld. Dit
kunt ge begrijpen. Er leven geen kinderen van vier tot veertien jaar
in de hellen, dat is niet mogelijk!
.....Neen de kleintjes hebben niets te maken met de crematie, alleen de
volwassen mens. Maar door de crematie is toch ook het kind iets
kwijt en dat doen nu die goede liefhebbende ouders".
|
Tot slot
nog de vraag wat er gebeurt als de mens door een ongeluk verbrand.
Jozef Rulof zegt hierover ook weer in het boek "Vraag en antwoord
deel 1":
|
"....Nu is de geest onmiddellijk vrij, want het
gevoelsleven wilde immers geen zelfmoord.
...De mens, die een dodelijk ongeval beleeft, ondergaat een
geestelijke schok. Nu voltrekt zich voor de levensaura een proces,
namelijk het nemen van de lichamelijke aura, wat anders maanden
duurt, in slechts enkele minuten en dit betekent voor het
gevoelsleven en de persoonlijkheid de schok en dit heeft de
persoonlijkheid te verwerken!"
|
Niettemin
kan de vraag blijven hangen wat er dan precies gebeurt met al die
mensen uit oosterse landen die zich laten verbranden.
Lijkverbranding in het oosten wordt immers al duizenden jaren
toegepast. Door Jozef Rulof weten wij echter dat lijkverbranding
voor ieder mens gevolgen heeft.
Tegenwoordig is het begraven echter ook niet langer zonder gevaren.
Veel doodskisten zijn al lang niet meer alleen van puur hout
gemaakt. In veel kisten is anorganisch materiaal verwerkt, zoals
kunststof en spaanplaat. Dit maakt dat de doodskist tot een soort
conservenblik wordt omgetoverd en dit heeft verregaande gevolgen. Na
tien jaar wordt een zogenaamd huurgraf "geschud". Dit houd in dat
het graf wordt leeggehaald en dat het stoffelijk overschot in een
ander graf wordt gelegd, laat ik het zo maar vriendelijk uitdrukken.
Als de kist uit puur hout bestond dan zal deze bij het openleggen,
het zgn. schudden van het graf totaal vergaan zijn. Van de
stoffelijke resten zullen zo goed als alleen de botten zijn
achtergebleven. Van ooggetuigen verslagen weten wij echter dat er
ook praktijkgevallen voorkomen waarbij graven worden geschud, die
kisten laten zien die nog niet vergaan waren. Helemaal intact waren
zij natuurlijk niet meer, maar de contouren van een doodskist waren
nog goed te onderscheiden. De stoffelijke resten uit deze kisten
waren dan ook nog lang niet vergaan en bezaten zelfs nog de vormen
van een menselijk lichaam. Wellicht dringen zich nu beelden bij u op
van het balsemen van stoffelijke overschotten, zoals dat
bijvoorbeeld in het oude Egypte gebeurde. Jozef Rulof zei hierover
in "Vraag en antwoord deel 2" het volgende:
|
"U hebt het al gehoord, meneer Brand. Als u
zich hier en daar en overal door het leven, door het lichaam laat
balsemen, dan mist u iets van een aura. Daar ligt iets, ook al is
dat een mummie, maar daar ligt leven. Dat is onbewust leven en houdt
door wettelijke medicijnen...... u kent de balseming, wat er allemaal
voor nodig is weet ik ook niet precies, maar goed - houdt u iets tot
stand, en dat mist u volkomen aan gene zijde, dat mist uw
geestelijke persoonlijkheid aan aura. Want u neemt aan dat de
persoonlijkheid het gevoel is met kennis, maar het leven aan gene
zijde is het astrale gevoelsleven. Voelt u, waarheen ik wil? Dus u
mist telkens iets van uw eigen leven, u gaat uw leven versnipperen.
En uiteindelijk, als u zich overal zou laten balsemen, is dat een
psychopathische toestand. U bent nog niet ziekelijk psychopathisch,
maar u bent lichamelijk zwak, onbewust, want het leven.... u hebt
misschien maar vijfendertig of veertig procent van de honderd
procent aan kracht, aan leven, dat u eigenlijk in een nieuw leven
krijgt en bezit. Is dat duidelijk? Wist u dat het zover gaat met
balsemen? Zover gaat dat."
|
Tegenwoordig hebben we dus bij het begraven ook met een aantal
dingen rekening te houden. De kist dient dus van een pure houtsoort
te zijn gemaakt, liever van vuren dan van eiken. Desnoods een jutte
zak. Als het verrottingsproces maar op een natuurlijke en "snelle"
manier verloopt.
Misschien vraagt u zich af waarom ik zo gedetailleerd ben geweest?
Welnu, als men de woorden van meester Alcar en van Jozef Rulof over
de verregaande gevolgen van crematie niet kan accepteren, omdat ze
bijvoorbeeld nu eenmaal nog niet wetenschappelijk te bewijzen zijn,
dan zou het kunnen zijn dat het geschetste beeld van het
onnatuurlijke en koude fabrieksmatige proces van de hedendaagse
crematie u misschien op andere gedachten gaat brengen. De uitleg van
de meester en van Jozef Rulof spreekt voor zich of je aanvaard het
of je aanvaard het niet. Een tussenweg is er nu eenmaal niet. Als er
toch nog twijfel is, bezoek dan eens een crematorium en laat u
rondleiden. U kunt dan immers voor uzelf "voelen" hoe deze, door
mensen bedachte, technische gedrochten op het meest heilige, uw
kostbare levensgevoel, inwerken. De mensen die er werken voelen er
niets van, ongelóóflijk, doch waar en een trieste realiteit.
Alles speelt zich in bijna steriele ruimten bij koud TL-licht, kale
betonnen muren, zonder blauwe lucht, zonder gras, zonder bloeiende
bloemen, zonder zingende vogels. De astrale persoonlijkheid, voor
zover deze nog niet van zijn stofkleed is bevrijd, ligt daar
alleen, in een machine, voortijdig achtergelaten door al zijn
dierbaren, die verscholen achter een gordijntje, omdat angst en
onwetendheid in hun overheersen. Toch is dit hun gevoel wat dan op
dat moment spreekt, alleen weten zij het niet te interpreteren.
Zelfs als men niet aan een voortbestaan, in een andere vorm, na de
dood gelooft, kan men zich toch moeilijk voorstellen dat men zijn
lichaam op deze wijze de laatste weg wil zien afleggen? Het
prachtige natuurlijke proces, zoals God het heeft bedoeld, de
scheiding van lichaam en geest als het lichaam zijn taak moet
neerleggen, deze geest, deze menselijke versluiering van de ziel,
van de goddelijke vonk, onderwerpt men vrijwillig aan een
"dodelijke" machine.
Als we weten wat in overeenstemming met de natuur is, met de
goddelijke wetten, omdat we dit zelf niet goed meer weten of
aanvoelen, laat ons dan kijken naar het leven van Christus. Hij liet
zich begraven. Als Hij, de goddelijke Mens, gewild zou hebben dat
men Zijn lichaam zou hebben gecremeerd, omdat dat het beste was, dan
zou dit onherroepelijk zijn gebeurd. Maar dat wilde Hij niet! Zouden
wij het dan beter weten dan Hij?
|
|
| |
|
|
-
|
|